Dinsdag

Eens aangekomen in Naïrobi (7.10 AM) maakten we al meteen kennis met het Afrika dat we stilaan meer en meer beginnen leren kennen en begrijpen. Aad en ik hadden reeds een visum in bezit, maar Jaap moest zijn visum nog in orde laten brengen. Dit heeft toch wel een klein uurtje in beslag genomen, terwijl hij als tweede in de rij stond te wachten. We werden meteen met de neus op de realiteit gedrukt, dit was Afrika en hun manier van werken. Al bij al viel het nog wel reuze mee hoor, maar we zijn anders gewend! In het Jomo Kenyatta International Airport haalden we meteen wat geld, Keniaanse Shilling (KSh), af om onze eerste kosten te dekken (Barclays Bank). Vervolgens werden we meteen ontvangen door een horde taxichauffeurs die ons naar onze bestemming wilden brengen. We hebben een klein busje (2000 KSh) genomen dat ons naar Naïrobi-centrum en een busmaatschappij met bestemming Mombasa bracht.

Nog maar net de luchthaven achter de rug gelaten of we zagen meteen al onze eerste wilde dieren, namelijk een giraffe en haar jong. Welkom in Kenia!


Intermezzo: Giraffes

Iedereen kent de giraffe, de bijna 6 meter hoge uitkijkpost in de savannen en de meer bosrijke gebieden. Van de giraffe worden er negen ondersoorten onderscheiden. De diverse ondersoorten zijn aan hun verschillende vlekkenpatroon te onderscheiden. De patronen blijven gedurende het gehele leven van een dier constant, waardoor het mogelijk is om individuele exemplaren te herkennen en gedurende lange tijd te volgen. De dieren worden met het vorderen van de leeftijd wel donkerder. Het is niet gemakkelijk om mannetjes van vrouwtjes te onderscheiden, hoewel de mannetjes gemiddeld iets groter zijn en vaker uit de toppen van bomen eten, terwijl vrouwtjes zich vooral lijken te voeden met de lagere vegetaties. De mannetjes zijn gemiddeld één meter groter dan de vrouwtjes.

In Kenia zijn er drie soorten giraffen en er komen ook wel mengvormen voor. De Maasai- of ‘gewone’ giraffe is de meest voorkomende en treffen we in Zuid-Kenia aan. Daarnaast komen ook nog de netgiraffe en de Rothschild- of Oegandagiraffe voor. De Maasai-giraffe heeft een geelachtige ondergrond waarop zich donkere, onregelmatige, soms bijna getande vlekken bevinden. Ze hebben doorgaans 2 hoorns, hoewel er uitzonderingen zijn die drie hoorns hebben. De netgiraffe ziet er verzorgder uit. De ondergrond is witter en de vlekken zijn niet alleen donkerbruin, maar vooral zeer regelmatig van vorm. Vanwege zijn tekening wordt hij ook wel aangeduid als ‘schilpadgiraffe’. De Rothschildgiraffe heeft dan weer een wit tot geelachtige ondergrondkleur, de vlekken lijken daardoor minder diepbruin. Deze giraffe is zwaarder van bouw en draagt drie tot vijf hoorns. Men herkent ze gemakkelijk aan de witte ‘sokken’, onder de knie bevinden zich nauwelijks patronen. Opmerkelijk is verder de grote pluim aan het einde van de staart.

De giraffe is het hoogste landzoogdier ter wereld. De mannetjes kunnen een lengte van 5 tot 6 meter bereiken. Net als de mens en de meeste andere zoogdieren heeft de giraffe maar zeven halswervels. Ze zijn elk wel elk zo’n 40 cm lang en met elkaar verbonden door middel van kogelgewrichten. Zo een lange nek vergt nog een aantal andere bijzondere aanpassingen. Zo bezit de giraffe een erg groot en krachtig hart (60 cm lang en 12 kg zwaar) om het bloed naar de bijna 3 meter hoger gelegen hersenen te pompen. De wanden van de halsslagader zijn extra dik. Om plotselinge bloeddrukveranderingen op te kunnen vangen wanneer de giraffe zijn kop naar de grond of weer omhoog brengt, bezit het dier een ingewikkeld, sponsachtig bloedvatenstelsel vlak vóór de hersenen en speciale kleppen in de halsslagaders, die de bloedstroom naar de hersenen regelen. Hoe vreemd het ook mag klinken, de nek is te kort om gemakkelijk te kunnen drinken. Het dier moet de voorpoten wijd uiteen zetten om met de kop bij de grond te kunnen komen. Het dier is in deze spreidstand bijzonder kwetsbaar en dat is waarschijnlijk ook de reden waarom een giraffe altijd zo behoedzaam een drinkplaats nadert. Afgezien van de mens heeft dit statige dier alleen wat van de leeuw te duchten. De leeuw durft soms wel eens een jong te roven. Volwassen dieren worden over het algemeen met rust gelaten.

Giraffen kunnen een gewicht van 1000 kg bereiken, in elk geval komen ze altijd boven de 500 kg uit. Vanwege hun hooggelegen zwaartepunt (lange poten en relatief korte rug) is hun tred zowel vreemd als kenmerkend. De beide poten aan één zijde lijken tegelijkertijd te bewegen, waardoor het dier de indruk maakt te rollen. Dit noemt men de telgang. In galop worden de achterpoten tegelijk vóór de voorpoten gezet. De achterpoten worden zijwaarts gegooid om de voorpoten niet te raken. De lange hals gaat ritmisch heen en weer, waardoor het zwaartepunt steeds naar voren wordt gebracht, hetgeen het rennen vergemakkelijkt. Het is een komisch gezicht deze gracieuze dieren te zien rennen. Het doet denken aan een vertraagde opname. Een dravende giraffe is echt een elegante verschijning! Giraffen kunnen een topsnelheid van 50 km per uur halen.

Giraffen hebben ook de langste tong van alle zoogdieren. De 45 cm lange blauwe/zwarte tong van de giraffe is flexibel genoeg om rond takken en twijgen te krullen en deze af te breken. Het lievelingsvoedsel van de giraffen zijn de blaadjes van de acacia. Het dier lijkt helemaal geen last te hebben van de scherpe doornen. Daarnaast leeft de giraffe van bladeren, vruchten, bloemen en boomschors.

Giraffen leven meestal alleen of in groepjes van 2 tot 6 dieren in een vrij los verband. Af en toe treft men grotere groepen aan, soms tot 40 dieren. We treffen in de buurt van giraffen ook vaak andere dieren aan, zoals zebra’s en antilopen. Deze vertrouwen op het uitstekende gehoor en gezichtsvermogen van de giraffen. Bij grote kuddes en wanneer er jongen zijn, staat er vaak een giraffe op de uitkijk.

Alhoewel giraffen van nature erg vredelievend (en nieuwsgierig) zijn, zijn ze prima in staat zichzelf en hun jong te verdedigen. Hierbij delen ze verschrikkelijk harde en goed gerichte trappen uit met de voorpoten. Mannetjes houden onderling nog wel eens (schijn)gevechten, waarbij echter zelden slachtoffers vallen. Hierbij wrijven ze de nekken langs elkaar of gooien deze omhoog, hetgeen resulteert in een krachtige kopstoot. Deze gevechten bepalen ook de rangorde binnen de groep.

De draagtijd van de giraffe is 420 tot 470 dagen, waarna ze één jong werpen dat bij de geboorte al 1,50 tot 2 meter hoog is.


‘Veilig’ geborgen in de taxi konden we onze eerste indrukken van Afrika opdoen. Het is toch wel even wennen aan deze onbekende manier van leven!

Het belangrijkste transportmiddel voor de Kenianen zijn hun eigen benen. Overal ziet men wel iemand lopen. Ze lijken gewoon langs de weg te lopen zonder een - voor ons op het eerste zicht - zichtbaar doel voor ogen, soms in het midden van de straat. Anderen zitten dan weer onder een boom, in de schaduw, rond te kijken of maken een praatje met elkaar.

Materiaal dat de Kenianen niet meer kunnen gebruiken smijten ze zomaar ter plekke weg, daar waar ze het vlugst kwijt geraken, dus bij voorkeur op straat. Soms lijkt het alsof je op een vuilnisbelt rondloopt!

Het verkeer is één chaos. Er lijken geen regels te zijn. Echt ongestructureerd! De meest assertieve chauffeur kan het vlugst zijn weg voortzetten. Als er filevorming is komen er gegarandeerd enkele jongens kranten, fruit, balpennen, … verkopen, zeker aan blanken (lees: toeristen).

We werden deskundig doorheen Naïrobi gegidst op zoek naar een geschikte busmaatschappij. De eerste busmaatschappijen hadden ofwel Mombasa niet als eindbestemming of vertrokken pas tegen de avond. Na een klein half uur rond gereden te hebben, werd uiteindelijk een maatschappij gevonden die rond half tien richting Mombasa zou vertrekken. Tijdens onze zoektocht hebben we welgeteld één ‘mzungu’ (Kiswahili voor blanke) gezien! We zijn en blijven dus een rariteit voor velen. Ze blijven je dan ook veelal aanstaren.

In een vrij chique bus, Coast Air (Coastline Safari) (1600 KSh p.p.), vertrokken we rond half tien voor een trip van zo’n acht uur naar Mombasa (afstand 500 km). Er was airco. Geen overbodige luxe! We werden bevoorraad met drank en spijzen. Alleen jammer van de slechte kwaliteit van de lokale films (voornamelijk spiritueel gebaseerde verhalen waarin de acteurs maar een matige performance afleveren) en de muziekclips van Westerse boysbands die bij ons rond de eeuwwisseling furore maakten, die constant werden afgespeeld (vaak herhaald) en dan ook nog eens met het volume onnodig luid. De wegen werden geleidelijk aan beter. Hoe dichter we bij de kuststreek kwamen, hoe beter berijdbaar werden de wegen. Het eerste stukje vanuit Naïrobi ging namelijk tergend langzaam over ronduit abominabele wegen.

Rond half zeven ’s avonds kwamen we goed en wel aan in Mombasa, waar we opgewacht werden door Willem (‘William’ voor de Kenianen). Hij had reeds een taxi voor ons geregeld, zodat we meteen konden vertrekken naar onze verblijfplaats in Nyali, een min of meer residentiële wijk in Mombasa.

Willem en Maarten, 2 medestudenten en dus ook toekomstige collega’s, verblijven al 2 maanden in Kenia en kennen al goed het reilen en zeilen van de Kenianen, hun manier van leven en hun ‘way to survive’.

Alles is echt zeer vlot verlopen. Dit had ik eerlijk gezegd niet meteen verwacht. Maar beter zo, dan omgekeerd natuurlijk!

Ons appartementje, ‘Nyali Parkside Resort’, ligt zo’n half uurtje van het centrum van Mombasa en werd voor ons geregeld door Dr. Marcel Reyners, een Nederlandse werknemer van het ICRH (International Centre for Reproductive Health), en zijn vrouw. Het appartementje bestaat uit 2 tweepersoonskamers met toilet en douche, een apart toilet, een keukentje en een living. Er is ook een zwembad aan verbonden, waar we dan ook geregeld gebruik van maken.


’s Avonds zijn we gaan eten in een lokaal restaurant, Chillers (o.a. ugali met rundsvlees, chapati, tomaten, …). Goed, maar niet super, en goedkoop!

Moe, maar voldaan, konden we ‘genieten’ van onze eerste nacht in de Afrikaanse hitte!

2 opmerkingen:

  1. Hey broer,

    Alles goed daar? Ziet er allesinds dik in orde uit!

    Vergeet geen kaartje te sturen he?
    Ben jaloers op het mooie weer daar :-) alhoewel dat hier nu het zonnetje zich ook af en toe laat zien.

    Ik hoop dat je daar een fantastische tijd beleeft!!

    Vele groetjes,
    Elke en Gilles

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hallo Bart,
    wat een mooie omgeving om in te logeren zeg, en wat een luxe met dat zwembad !
    alles goed met je ?
    wanneer kom je precies terug ?

    groetjes
    emmeke

    BeantwoordenVerwijderen